Een moeder maakt zich zorgen over het feit dat haar kind zo weinig met haar deelt. Ze vertelt dat haar dochter nooit antwoord geeft op vragen die zij stelt, bijvoorbeeld over hoe het die dag op school is gegaan. Deze moeder heeft ook meteen een verklaring voor dit gedrag. Ze zegt: mijn dochter is bang om fouten te maken, zolang ze niks zegt kan het ook niet fout zijn.

In het contact met deze moeder valt me op dat ze zich erg druk maakt of zij wel de juiste antwoorden geeft op de vragen die ik stel. Ze twijfelt veel, weegt haar woorden en checkt voortdurend of het antwoord aansluit bij mijn vraag.

Een vader stoort zich erg aan het eigenwijze gedrag van zijn zoon. Hij zou zo graag willen zien dat zijn kind minder halsstarrig is en ook eens mee kan bewegen met een ander. De zoon heeft door dit gedrag al problemen op school. Vader maakt zich serieus zorgen over de toekomst.

Als deze vader vertelt hoe de conflicten met zijn zoon verlopen dan valt het op dat vader ervan overtuigd is dat hij weet wat goed is voor zijn zoon. Als zijn zoon zijn advies niet opvolgt, voelt hij zich al snel onmachtig en wordt dan nog dwingender in zijn aanpak. In het gesprek met mij gaat hij voortdurend in discussie.

Voorbeeldgedrag

Deze ouders zijn zich niet bewust van hun eigen voorbeeldgedrag. Ze schrijven eigenschappen, overtuigingen en emoties van henzelf toe aan hun kind. Ze herkennen ze echter niet meer bij zichzelf. Dit heet projectie en gebeurt onbewust. Vaak heb je deze overtuigingen en emoties eerder in je leven opgedaan en draag je ze onbewust nog bij je. Je kind spiegelt via zijn of haar gedrag wat in jou leeft. Hoe groter de emotie of weerstand die gedrag oproept, des te groter de projectie.

Als ik met ouders het probleemgedrag van hun kind ga onderzoeken dan kunnen ouders feilloos aangeven waar hun kind behoefte aan heeft. Dat hier ook sprake is van projectie hebben ouders niet door. Ik richt me vervolgens op wat ouders kunnen doen om aan deze behoefte te voldoen. In het voorbeeld van de vader, was er de behoefte om gehoord en gezien te worden. In mijn begeleiding luisterde ik naar wat er bij vader speelde en gaf erkenning aan zijn gevoelens. Hij ontdekte dat als hij zich gehoord voelde, hij ook beter naar de mening van de ander kon luisteren. Vader kon in het contact met zijn zoon steeds beter luisteren, waardoor zijn zoon ook minder halsstarrig reageerde.

In het voorbeeld van de moeder gaf ik haar feedback op de wijze waarop ze mijn vragen beantwoordde. Hierdoor kwamen we direct bij haar eigen angst om fouten te maken. Hier zijn we vervolgens mee aan de slag gegaan. Moeder leerde dat fouten maken niet erg was. Het contact met haar dochter werd opener.

Spiegel

Deze ouders durfden in de spiegel te kijken en werden zich bewust van hun eigen gedrag, ervaringen en emoties. Dit inzicht hielp hen aandacht te geven voor wat er nog speelde bij henzelf. Ze waren hierdoor in staat eigen gedrag te veranderen, waardoor er een positieve verandering kwam in het contact met hun kind.

 Jouw kind is jouw spiegel, ik kijk graag met je mee!

Menu