Regelmatig krijg ik de vraag van ouders wat een geschikte straf of consequentie is op ongewenst gedrag. Ouders geven hun grenzen aan, maar keer op keer gaat hun kind er overheen. Ze willen hun kind laten weten dat hij te ver is gegaan, maar worstelen met een gepaste consequentie. Dit kan ertoe leiden dat ouders geen grenzen stellen, omdat ze niet weten wat ze moeten doen als hun kind erover heen gaat. Het komt ook voor dat ouders veelvuldig waarschuwen nog voordat de grens bereikt is, om zo te voorkomen dat hun kind de fout ingaat. In andere gezinnen wordt er gestraft, maar lijkt het hun kind niks te doen, waardoor ze gemakkelijk in een negatieve spiraal van strijd terecht komen.

Door ongewenst gedrag te disciplineren met straf leg je de focus op de straf in plaats van het gedrag waar je wilt dat je kind van leert. Bijvoorbeeld: je kind moet naar de gang als hij zijn zusje slaat. Je hoopt dat hij daardoor leert dat slaan niet mag. Je loopt echter een grotere kans dat je kind op de gang zich boos maakt over het leed wat hem is aangedaan, terwijl je juist wilt dat je kind leert rekening te houden met het leed dat hij een ander aandoet.

Als je wilt dat je kind leert van zijn fouten, dan moet je hem of haar daar vooral de kans toe geven. Wat is de reden dat hij zijn zusje sloeg? Welke emotie speelde er? Wat was zijn behoefte? Hoe kun je hem helpen om een volgende keer op een andere manier zijn behoefte of emotie duidelijk te maken? Door met je kind te praten, zijn emoties serieus te nemen en samen een oplossing te zoeken, leert je kind rekening te houden met anderen doordat jij als ouder ook rekening met hem houdt.

Korte termijn

Straffen helpt op de korte termijn. Je gebruikt jouw ouderlijk gezag om het gedrag te laten stoppen. Daar is niks mis mee, als het op dat moment noodzakelijk is dat het gedrag direct stopt of dat de opgelegde consequentie je kind helpt om de grens te voelen. Maar moet je een straf herhaaldelijk opleggen en merk je dat je kind er steeds onverschilliger op reageert, dan ben je beland in een machtsstrijd. Omdat je het gevoel krijgt dat je de grip verliest op je kind ga je uit onmacht steeds meer controleren en straffen. Op de langere termijn zul je zien dat als het kind minder afhankelijk van je is, de relatie steeds meer verstoord raakt.

In gezinnen waar regelmatig wordt gestraft zie je dat kinderen gaan liegen om straf te voorkomen.

Kortom: geschikte straffen of consequenties bestaan niet. Sterker nog, je relatie met je kind komt onder druk te staan als je neigt naar vaak en veel straffen.

Leren van fouten

Maar wat moet je dan wel doen om je kind te laten ervaren dat grenzen bereikt zijn en dat je kind leert van zijn fouten?

Ik geef je 5 stappen om je kind te begeleiden bij grensoverschrijdend gedrag:

  1. Zorg dat je rustig bent als je je kind aanspreekt op zijn gedrag.
    Als je zelf nog woedend bent over het feit dat je kind jouw grenzen overschrijdt en je spreekt je kind op dat moment daarop aan, dan zeg en doe je dingen waar je geen grip op hebt en later waarschijnlijk spijt van krijgt. Dus neem de tijd om rustig te worden.
  2. Bevraag je kind.
    Kijk verder dan het gedrag alleen. Hoe kwam het dat je kind zich niet aan de afspraken hield? Wat maakte dat je kind zo reageerde zoals het deed?
  3. Onderzoek je eigen grens. Hoe stellig is die? Was de grens duidelijk voor je kind?
    Zo nee, hoe zorg je dat je kind het wel begrijpt? Nu je meer inzicht hebt op het gedrag, is het dan belangrijk om deze grens te blijven benadrukken of kun je je kind wat meer ruimte bieden?
  4. Bespreek met je kind het gedrag.
    Maak duidelijk wat je verwacht en help je kind om tot oplossend gedrag te komen voor een volgende keer.
  5. Blijf geduldig.
    Het ene kind leert makkelijker dan het andere kind. Voor ouders is dat soms heel lastig te accepteren. Je kunt dan snel het gevoel krijgen dat je kind het erom doet of je uitdaagt. Meestal is er geen sprake van onwil ,maar eerder van onmacht. Spreek opnieuw duidelijk de verwachting uit en bedenk hoe je je kind kunt helpen zich eraan te houden.
Menu